Aan het college van B &W Gemeente Westerwolde
Sellingen: donderdag 20 maart 2023
Onderwerp:(vervolg) schriftelijke vragen RSG Ter Apel
Geacht college,
In oktober 2022 heb ik u schriftelijke vragen gesteld over de uitgaven, voorspellingen en de huidige situatie wat betreft de nieuwbouw voor de RSG in Ter Apel. Uit uw antwoorden maak ik op dat u de inleidende informatie wellicht niet gelezen of over het hoofd heeft gezien met als gevolg dat de beantwoording op de vragen voor mij niet bevredigend is. Het gaat om grote bedragen en voorspellingen die, door mij persoonlijk, tijdens de raadsvergadering in twijfel zijn getrokken op basis van actuele rapporten en landelijke data en die vervolgens niet zijn waargemaakt en dat in een tijd waarin er bezuinigd werd op thuishulp. Daarom stel ik mijn vragen opnieuw maar anders geformuleerd.
Vraag 1: Omdat landelijke rapporten, waarover ik u en de raad tijdens de vergaderingen heb geïnformeerd, in 2017 al uitwezen dat er in heel Nederland maar vooral in de Noordelijke provincies, scholen aan het fuseren waren en moesten in verband met teruglopende leerlingenaantallen, heb ik daar expliciet naar gevraagd maar het antwoord van de directeur, uw college en architecten was dat er geen sprake zou zijn van terugloop; daarmee werd mijn zorg dat men niet straks met een halfleeg gebouw zou komen te zitten, feitelijk ongegrond verklaard.
Vraag 2: In de inleidende informatie wordt bewust genoemd dat beide scholen een eigen Brin-nummer hebben en dus separaat van elkaar bestaan; dat betekent dat de leerlingen van de ISK-klas niet meegerekend mogen worden met die van de RSG en daar dus ook geen invloed op hebben, toch doet u dat in uw antwoord en geeft u aan dat de terugloop niet was voorzien.
Vraag 3: De RSG heeft zelf in haar begroting de afname in leerlingen van afgelopen jaren genoteerd en de berekening gemaakt voor afname in de aankomende jaren tot 2025.
In reactie op mijn vraag 3, dat er gefuseerd gaat worden om de school betaalbaar te houden schrijft u een heel betoog over het in stand willen houden van het VO-onderwijs, adviezen van een accountant en uw verantwoordlijkheden maar noemt u niet het heel zwaarwegende argument dat door die enorme verbouwing deze zaken niet zouden spelen omdat de school daarmee toekomstbestendig zou zijn tot in ieder geval 2027; bijvoorbeeld door de aanzuigende werking voor leerlingen die van heinde en verre naar de nieuwe school met vernieuwd onderwijs zouden komen.
Vraag 4.1: In uw antwoord op mijn vraag of de raad onjuist is geïnformeerd en of het serieus nemen van de door mij gedane voorspellingen wellicht geleid zou hebben tot herziening van de plannen, schrijft u dat u uitging van de toen bekende gegevens, die uitgingen van de prognose van 1000 leerlingen.
Met belangstelling zie ik u antwoorden tegemoet.
Met vriendelijke groet,
Edith van der Horst,
fractievoorzitter Ecologisch Alternatief